Drug Class Description
De optimale dagdosis calcitriol moet zorgvuldig worden vastgesteld op basis van de calciumspiegel in het serum. Altijd beginnen met de laagst mogelijke dosis. De patient dient dagelijks ca 800 mg calcium middels het dieet te krijgen. Begindosering: Oraal: 0,25 microg per dag. Bij normocalciemie of slechts geringe hypocalciemie: 0,25 microg iedere 2 dagen. Bij onvoldoende verbetering van klinische en biochemische parameters binnen 2-4 weken, kan de dosering iedere 2-4 weken met 0,25 microg per dag worden verhoogd onder controle van de serumcalciumspiegel tweemaal per week. Parenteraal: 0,50 microg (ca 0,01 microg/kg lichaamsgewicht) driemaal per week als een i.v. bolus door de catheter aan het eind van de hemodialyse. Indien nodig daarna dosering aanpassen met verhogingen van 0,25-0,50 microg twee- tot viermaal per week. Richtlijn: 0,5-3,0 microg driemaal per week.
Generic Name
calcitriol
Drug Description
De biologisch meest actieve vitamine D3-metaboliet wordt normaal in de nier gevormd uit zijn precursor 25-hydroxy-colecalciferol, dat in de lever uit vitamine D3 wordt gevormd. Calcitriol bevordert de intestinale resorptie van calcium. In het bot stimuleert calcitriol, samen met parathormoon, de resorptie van calcium; in de nier verhoogt het de tubulaire terugresorptie van calcium. Tevens onderdrukt het de synthese en secretie van parathormoon. Werkingsduur: 3-5 dagen. Kinetische gegevens: Resorptie: snel, uit de darm. Tmax = oraal binnen 3-6 uur. Eliminatie: vnl. met de faeces als metabolieten. T1/2el = 3-6 uur.
Presentation
Injectievloeistof 1 microg/ml; ampul 1 ml. Idem 2 microg/ml; ampul 1 ml.
Indications
Intraveneus: hypocalciemie bij chronische nierdialyse. Oraal en i.v.: verbetering van renale osteodystrofie ten gevolge van chronische nierinsufficientie, m.n. gedurende hemodialyse. Oraal: postchirurgische en idiopathische hypoparathyreoidie, pseudohypoparathyreoidie, vitamine D-afhankelijke rachitis, hypofosfatemische vitamine D-resistente rachitis.
Adult Dosage
Indien nog zinvol bij orale inname braken opwekken of maagspoelen; laxans toedienen; evt. fosfaten en corticosteroiden toedienen en zorgen voor voldoende diurese.
Child Dosage
Over het gebruik van deze stof tijdens zwangerschap bij de mens bestaan onvoldoende gegevens om de mogelijke schadelijkheid te beoordelen. In dierproeven is het middel schadelijk gebleken. Let op! Zweedse classificatie wijkt af; zie tabel Zwangerschap/Lactatie Bij gebruik geen borstvoeding geven.
Elderly Dosage
Symptomen: Er kan een hypercalciemiesyndroom of calciumintoxicatie ontstaan, al naar de intensiteit en duur van de hypercalciemie (zie ook onder 'Bijwerkingen').
Contra Indications
Hypercalciemie.
Special Precautions
Aangezien calcitriol de meest actieve vitamine D-metaboliet is, mogen vitamine D en zijn derivaten (bv dihydrotachysterol) niet gelijktijdig worden toegediend. Daar calcitriol ook het fosfaattransport in darm, nieren en botten beinvloedt, moet de doserin
Interactions
Bij gelijktijdige behandeling met barbituraten en anticonvulsiva kan een therapeutische resistentie voor de normale dosis calcitriol ontstaan (leverenzyminductie), hetgeen een hogere dosis noodzakelijk maakt (vnl. bij orale toediening). Omdat diuretica van het thiazidetype de terugresorptie van calcium in de distale tubulus bevorderen, kan het nodig zijn de dosering van calcitriol, bij gelijktijdig gebruik van een dergelijk diureticum, te reduceren. Gelijktijdig gebruik met hartglycosiden geeft een risico van cardiale aritmieen. Corticosteroiden kunnen het effect van vitamine D-analoga antagoneren. Colestyramine kan de intestinale resorptie van calcitriol verminderen. Gelijktijdig gebruik van magnesiumbevattende antacida kan bij dialysepatienten leiden tot hypermagnesiemie. Combinatie met farmacologische doses van andere vitamine D-preparaten kan leiden tot hypervitaminose D en hypercalciemie.
Adverse Reactions
Deze gelijken op die van vitamine D-overdosering, d.w.z. hypercalciemiesyndroom of calciumintoxicatie, al naar intensiteit en duur van de hypercalciemie. Acute symptomen: aanvankelijk hoofdpijn, slapeloosheid, misselijkheid, braken, obstipatie, droge mond, metaalsmaak, spierpijn, botpijn, zwakte; daarna: anorexie, polyurie, polydipsie, nocturie, pancreatitis, fotofobie, hyperthermie, hypertensie, cardiale aritmieen. Chronische effecten: dystrofie, sensore stoornissen, koorts met dorst, polyurie, dehydratie, apathie. In enkele geva llen rash. Soms pijn op de injectieplaats.
Manufacturer
Abbott