Drug Class Description
Lepra: Volwassenen: 100 mg dapson eenmaal per dag in combinatie met andere antileprotica; Kinderen: de dosering moet door een ervaren kinderarts worden vastgesteld, bij voorkeur op geleide van het lichaamsoppervlak. In de literatuur wordt in het algemeen aangehouden 1- 1,5 mg/kg lichaamsgewicht eenmaal per dag in combinatie met andere antileprotica. De behandelingsduur bij paucibacillaire lepra bedraagt ten minste 6 maanden, bij multibacillaire lepra ten minste 2 jaar. Dermatitis herpetiformis: Volwassenen: 50 mg drie- a viermaal per dag, zo nodig verhogen tot 300 mg per dag; max. 500 mg per dag. Kinderen: 1-1,5 mg/kg eenmaal per dag.
Generic Name
dapson
Drug Description
Bacteriostatische werking tegen Mycobacterium leprae, waarschijnlijk door interferentie met het foliumzuurmetabolisme. Het werkingsmechanisme van dapson bij dermatitis herpetiformis is nog onbekend. Kinetische gegevens: Resorptie: snel en vrijwel volledig. Tmax = 2-8 uur. Dapson wordt lang vastgehouden in huid, spieren, nieren en lever. Metabolisering: in de lever geacetyleerd, vnl. tot inactief monoacetyldapson; vervolgens wordt deze weer gedesacetyleerd. Dapson (en ook monoacetyldapson) ondergaat een enterohepatische kringloop. Eliminatie: vnl. met de urine, 20% onveranderd, 70-80% als wateroplosbare metabolieten. Plasmahalfwaardetijd = 20-30 uur, range 10-83 uur.
Presentation
(= diafenylsulfon) Tablet 100 mg.
Indications
Lepra. Dermatitis herpetiformis.
Adult Dosage
maagspoelen, achterlaten van geactiveerde kool en osmotisch laxans. De optredende methemoglobinemie behandelen met methylthionine (niet bij patienten met G6PD-deficientie).
Child Dosage
Over het gebruik van deze stof tijdens zwangerschap bij de mens bestaan onvoldoende gegevens om de mogelijke schadelijkheid te beoordelen. Er zijn tot dusver geen aanwijzingen voor schadelijkheid bij dierproeven. Dapson gaat over in de moedermelk, hierdoor kunnen bij de zuigeling hemolytische reacties optreden. Gedurende gebruik geen borstvoeding geven.
Elderly Dosage
Symptomen van acute overdosering zijn: cyanose, misselijkheid, braken, neurologische stoornissen, dyspnoe, geelzucht, nierinsufficientie, methemoglobinemie, ernstige hemolytische anemie, coma.
Contra Indications
Ernstige anemie (Hb < 60%). Acute porfyrie. Voorzichtigheid is geboden bij G6PD-deficientie, methemoglobinereductasedeficientie en bij lever- of nierfunctiestoornissen.
Special Precautions
Er bestaat kruisresistentie tussen dapson en sulfonamiden. Het bloedbeeld dient regelmatig te worden gecontroleerd; de eerste maand wekelijks, dan gedurende 6 maanden maandelijks en daarna tweemaal per jaar. Ook wordt aanbevolen de leverfunctie te controleren. Bij ontstaan van het zgn. dapsonsyndroom of bij spierzwakte toediening staken. Bij effectieve behandeling van lepra kunnen plotselinge veranderingen in de klinische staat van de patient optreden. Deze kunnen worden ingedeeld in type I-reacties of 'reversal reactions' en type II- reacties of erythema nodosum leprae (zie ook inleiding XIII/A/100).
Interactions
Probenecide kan de uitscheiding van dapson remmen. Foliumzuurantagonisten kunnen het optreden van hematologische bijwerkingen bevorderen en versterken.
Adverse Reactions
Meest frequent: dosis-gerelateerde hemolytische anemie, gewoonlijk mild (bij G6PD-deficientie vaak ernstig tot hemolytische crisis toe), en methemoglobinemie. Hemolyse en methemoglobinemie komen frequent voor bij doseringen boven 200-300 mg per dag en ze
Manufacturer
div. |